Kerkgebouw

Eind 1935 werd aan architect prof. ir. H.T. Zwiers verzocht een schetsplan te ontwerpen voor een kerkgebouw met vergaderzaal, leringlokaal, pastorie, kosterij en vier of vijf woonhuizen. Er werd veel verlangd op een kleine oppervlakte, omdat de grondprijs van het in het centrum van Haarlem fraai gelegen terrein aan de Kinderhuissingel hoog was. Om te voorkomen dat het kerkgebouw in de intensieve bebouwing zou ondergaan, werd de kerk boven de woonhuizen verheven. De eigenlijke kerkruimte werd daartoe op een verdieping geprojecteerd. Deze oplossing werd om drie redenen door de architect gemotiveerd geacht.

Er was een voortzetting in gelegen van een 300 jaar oude traditie, zoals die in de zolderkerk van de Koksteeg bestond. De tweede overweging was, dat het daardoor mogelijk werd vergaderzaal, leringlokaal, bibliotheek onder de kerkruimte, op de beganen grond te ontwerpen. Het derde argument was dat het kerkgebouw van bescheiden omvang te midden van de omringende woonhuizen, een duidelijke betekenis kon krijgen.

Het kerkbestuur en het bestuur van de Bisschopskas stemden aanstonds met de voorstellen van de architect in, waardoor zij professor Zwiers de gelegenheid boden van de fraaie én markante situatie in het stadsplan gebruik te maken. Wat innerlijk het hoogste in rangorde is, ging naar buiten ook als zodanig spreken. Zo werd geen ’toren’ ontworpen bij de kerkingang, maar werd het liturgisch hoogste deel van het kerkgebouw, het priesterkoor, als het hoogste bouwdeel kenbaar gemaakt en met het kruis bekroond.

Ook in het inwendige is getracht die onderscheiding vol te houden, zowel in materiaalkeuze en bewerking als in ruimtevorm en verlichting.

De kerkruimte, maar ook de sacristie zijn gemetseld in gladde gele en witte steen. Hallen, ingang en trap zijn eveneens uitgevoerd in zichtbaar metselwerk. Vergaderzaal, leringkamer, bisschopskamer etc. hebben echter gepleisterde muren.

De overkapping van de kerkruimte geschiedde met een zichtbaar blijvende houten kapconstructie, waarvan de balkzoldering in het midden hoger en aan de zijkanten lager is en donker gebeitst met enig kleurig schilderwerk. De twaalf ruitvormige kapvelden werden gevuld met houten siervullingen, elk met een der twaalf tekenen van de dierenriem als middelpunt. Deze versieringen werden door de kinderen van de parochie zelf uitgezaagd.

Lees meer in de “Bouwhistorische Verkenning”, uitgevoerd door de gemeente Haarlem in 2022
(met foto’s van o.a. Hans Peter Föllmi)